Een warm begin
Belkis is een vrouw van vijftig, geboren in een levendig en warm huis in Turkije. Ze groeit op als zesde kind in een groot gezin van negen broers en drie zussen. Haar dagen zijn altijd gevuld met de geluiden van familie, de geur van vers eten en de warmte van samenzijn. Ze voelt een diepe roeping om voor anderen te zorgen. Mensen helpen is voor haar geen keuze, maar een doel in het leven.
Het lot slaat toe
Dan slaat het lot toe. Haar man wordt in Turkije gevangengezet, en haar veilige wereld valt uiteen. Belkis moet vluchten, haar huis en alles wat haar dierbaar is achterlaten. Met niet meer dan een rugzak vol spullen reist ze in haar eentje naar Nederland.
Eenzaamheid in een vreemd land
Aangekomen in Nederland voelt Belkis zich verloren. Ze spreekt alleen Turks en begrijpt niemand om haar heen. De eenzaamheid weegt zwaar; ze mist haar familie, haar land en zelfs de kleine troost van haar kat. Het leven in het asielzoekerscentrum in Apeldoorn voelt beperkend. Ze mag niet koken, iets wat voor haar altijd een uitlaatklep is geweest en een manier om haar heimwee te stillen. Toch geeft ze niet op. Ondanks haar verdriet blijft ze geloven in haar doel: anderen helpen. Dit wordt haar houvast, de bron van haar kracht.
Het lichtpuntje
In het asielzoekerscentrum vindt Belkis een uitlaatklep. Ze mag vrijwilligerswerk doen op een school. Hier bakt ze taarten met kinderen na schooltijd en ontdekt ze opnieuw de vreugde van geven. Het voelt als een eerste stap naar verbinding, naar betekenis. Vanuit dit werk rolt ze vanzelf in andere projecten. Ze organiseert acties voor ouderen, breit mutsen voor daklozen en kookt Turks eten voor de buurt. Ze haalt kracht uit het feit dat ze iets kan terugdoen voor het land dat haar opvangt. Voor Belkis is dit haar manier om haar dankbaarheid te tonen.
Daarnaast bezoekt ze vaak daklozen en laat ze lahmacun en desserts achter om hen een moment van warmte en troost te bieden. Ze maakt toetjes voor de brandweer, politie en spoedeisende hulp om hen te bedanken voor hun harde werk, vooral tijdens de feestdagen. Ook verzamelt ze spullen voor kinderen in het asielzoekerscentrum, zodat zij zich iets minder verloren voelen in hun nieuwe omgeving.
Kracht in geven
Terwijl Belkis anderen helpt, merkt ze dat ze zichzelf sterker voelt worden. Ze leert dat het niet egoïstisch is om hulp te vragen – niet alleen van Allah, maar ook van de mensen om haar heen. Door te geven, ontvangt ze. Haar verlangen naar haar oude leven blijft, maar het definiëert haar niet meer. Ze bouwt aan iets nieuws, iets dat haar kracht geeft. Ze is niet alleen meer de vrouw met de rugzak die eenzaam in Nederland aankwam. Ze is een verbindende kracht in haar gemeenschap, een symbool van hoop en wederopbouw.
Een bron van inspiratie
Belkis bewijst dat zelfs in tijden van verlies en eenzaamheid, het mogelijk is om betekenis te vinden in geven en delen. Haar verhaal is een reis van kracht, veerkracht en liefde – een verhaal dat inspireert en hoop biedt aan iedereen die een nieuw begin zoekt.