Publicatie Trots Sint Tunnis
Door Ronald Korsten
“Natuurlijk gaan we proberen kampioen van Nederland te worden, maar we willen er vooral van leren, zodat we ons werk in de toekomst nóg beter kunnen doen", aldus het zeskoppige wedstrijdteam (zie foto) van onze dorpsbrandweer, dat aangevuld wordt met een reserve.
Bij mijn interviewafspraak op maandagavond (wekelijkse oefenavond) valt me op dat er twee jeugdige fans buiten staan te kijken: “Gaan jullie nog met de brandweerwagen weg?”
Het brandweerkorps heeft momenteel 21 leden. Ik word meegenomen in de brandweerterminologie: “We hebben de TS (tankautospuit) en de waterwagen. De TS wordt voor algemene inzet gebruikt en de waterwagen brengt water naar calamiteiten in de hele regio.” Natuurlijk de bekende vraag: “Waarom word je brandweerman?”. Hierin zijn ze eerlijk: “Ook voor de kick, de adrenaline. Maar je mag het vergelijken met een teamsport. Samen zorg je ervoor dat je op een bepaald niveau kunt functioneren, dat je een prestatie neer kunt zetten. En het mooiste is dat je na een incident iemand in het dorp ziet fietsen waarbij je denkt, 'hé, die hebben we pas nog geholpen, het gaat dus geeft een enorme voldoening.”
Jaarlijks worden kampioenschappen georganiseerd en na drie voortreffelijk uitgevoerde voorrondes mag het voor deze gelegenheid samengestelde zestal op 20 september naar de landelijke kampioenschappen in Marken. Ze zitten bij de beste acht van 267 deelnemende korpsen. Drie glimmende bekers staan er al. “We moeten binnenkort maar eens een bekerkast gaan maken. Maar eerst gaan we kijken hoe groot de beker is waar we binnenkort voor gaan strijden. Die moet er wel in passen!”, lacht Jeroen Cornelissen.
Bono Arts is als jongste voor het eerst vertegenwoordigd in het zestal. Hoe is dat Bono, geeft het ook wat spanning om mee te doen? “Ja- wel, ik vind het toch wel spannend. Je wilt geen fouten maken.” Zijn teamleden haken hier echter op in: “Juist wanneer je fouten maakt, leer je heel veel. Fouten maken hoort erbij. Bovendien is het gewoon een leuke dag om mee te maken.”
Bijzonder te vermelden is verder dat er bij een kampioenschap altijd voor gezorgd wordt dat de tankautospuit zo snel mogeijk weer terug is op de post aan de Breestraat. Hiervoor fietsen (!) Gerard Jansen en Frank Ermers naar het kampioenschap en direct na de wedstrijd rijden zij de wagen terug.