Publicatie Trots Sint Tunnis
Door Arie Cornelissen
Beeldend kunstenaar Jos van Beek houdt van kleuren. “Soms sta ik voor een leeg, wit doek, maar zie ik toch al een aantal kleuren en vormen voor me die ik op het linnen kwijt wil. Ik krijg er geen genoeg van.” Een verhaal over schilderspassie, vakmanschap en gevoel.
Bladerend door de boeken waarin zijn werken zijn afgebeeld, komen de verhalen los. Elk schilderij heeft voor Jos (79) zijn eigen betekenis. “Als ik kijk naar mijn eerdere creaties, kan ik zo naar boven halen wat ik met het schilderij probeerde uit te drukken. Vreugde of verwondering bijvoorbeeld. Maar uiteindelijk is het aan degenen die naar het schilderij kijken, te ervaren welk gevoel ze erbij hebben. Die ruimte bied ik bewust. Een schilderij moet ‘open’ zijn. Dat vind ik belangrijk.” Jos is in de kunstwereld bekend geworden, vooral met de werken waarop hij zich de laatste twintig jaar toelegde: kleurrijke, expressionistisch-moderne schilderijen van acrylverf op linnen. Ze waren te zien van Sint-Petersburg tot in Parijs. En bijna overal zijn de mensen door zijn schilderijen geraakt. “Dat is het fijnste wat je als kunstenaar kan overkomen. Zo was ik zelf als kind ooit ondersteboven van een prent van Franz Marc, ‘Blauwe paarden’. Wat een koele kracht en dynamiek dat werk uitstraalde. Ik realiseerde me dat je met kleuren dingen kunt zeggen, waar woorden soms tekortschieten. Fascinerend!”
Prikkelen en uitdagen
Zijn voorliefde voor heldere en dynamische composities bleek er al vroeg in te zitten. Ter illustratie haalt Jos een van zijn allereerste schilderijen van de zolder, die hij als tiener maakte. “Kijk, ik zie toch wel enkele overeenkomsten met de werken van nu. Nog niet zo professioneel geschilderd, maar ik was er trots op. Ik heb zelf het frame getimmerd en het doek gespannen van een oud laken. Ik had het geluk dat mijn vader, die zelf hobbymatig schilderde, me prikkelde en uitdaagde. Dat was cruciaal. Toen hij bezig was met de verftubetjes, een plankje en een penseel, was dat voor mij iets magisch. Ik wilde dat ook.” De drijfveren van iets creëren en anderen enthousiasmeren, waren voor Jos belangrijk om het verschil te maken als docent. Hij was kunstcoördinator op een havo/vwo-school en hielp jongeren in het ontdekken en ontwikkelen van hun creativiteit. “Soms dachten leerlingen ‘dat kan ik nooit’, maar vaak aan het eind van het jaar konden ze mooiere dingen maken dan ze zelf ooit gedacht hadden. Vond ik prachtig.” Als creatieve duizendpoot heeft-ie in de begintijd gebeeldhouwd, geboetseerd en gefotografeerd. Nadat hij de focus had gelegd op zijn favoriete ambacht, ging het hard en kon de kost mede verdiend worden met zijn grootste passie, het schilderen. “Kenners vonden het mooi en van goede kwaliteit. Het helpt dan als galeriehouders van naam jouw werk willen exposeren. Daarna komen de grotere tentoonstellingen en beurzen. Een tikkeltje geluk heb je ook nodig.”
Schaven en schuren
Chagall, Matisse en Kandinsky zijn inspiratiebronnen. “Ook zij laten hun gevoel spreken. Dat doe ik ook. Ja, zelfs dagelijks als ik bezig ben in ‘mijn heiligdom’, het atelier. Als eerste zet ik klassieke muziek op. Daar geniet ik van. Vaak op het ritme van de klanken begin ik te schilderen. Soms kom ik helemaal in een flow. Maar het gaat echt niet allemaal vanzelf hoor. Het is ook hard werken. Zelden pers ik een schilderij er in één dag uit. Vaak ben ik weken bezig. Soms met twee of drie werken tegelijk. Af en toe begin ik deels opnieuw en kan het eindeloos schaven en schuren zijn op details tot ik tevreden ben. En als het dan klaar is, is het klaar. Ik geniet vooral van het schilderproces zelf, meer nog dan van het eindresultaat. Dat vindt daarna wel zijn weg.” Wie zijn werk koopt moet natuurlijk 100% tevreden zijn, zegt Jos. “Er moet vooral iets gebeuren tussen het schilderij en de koper. Is er een klik, dan is het goed. In mijn schilderijen zoek ik die ruimte voor interactie bewust op. Regelmatig zegt iemand dat hij met een schilderij, dat-ie pakweg 40 jaar geleden bij me kocht, nog steeds heel blij is. Dat stemt me tevreden. Ja, elke dag dat ik dit kan blijven doen, maakt me gelukkig.”
Ken jij ook iemand die in deze rubriek Minse zijn of haar persoonlijke verhaal eventueel zou willen of kunnen vertellen? Tip ons: .